Manager Sportparticipatie KNSB
De Nederlandse schaatsbond heeft ongeveer 40.000 leden, maar als het in de winter een paar nachten flink heeft gevroren, schaatsen er miljoenen Nederlanders. De grote groep mensen die het natuurijs op gaan, maar niet zijn aangesloten bij de bond, worden vaak anders georganiseerde of ongebonden sporters genoemd. Zelf praat ik liever over mensen die sporten maar niet in verenigingsverband.
Hoe je deze groep ook noemt, het is hoe dan ook interessant om na te denken hoe je als bond iets voor deze groep kunt betekenen, waardoor je ze aan je kunt binden. Ik weet dat wij niet de enige bond zijn die dit onderwerp weleens op tafel heeft gegooid. En ik kan me voorstellen dat de BridgeBond hier ook over nadenkt, aangezien veel mensen thuis bridgen.
Laat ik vooropstellen dat ik het helemaal niet erg vind dat er ongebonden sporters zijn (in het schaatsen draagt het ook bij aan de exploitatie van ijsbanen). Ik ben juist blij dat mensen bewegen en zo denken aan hun eigen gezondheid en een bijdrage leveren aan een gezonde maatschappij. Wil je iets voor deze groep kunnen betekenen, dan moet je wel weten wie zij is en wat de behoeften zijn. Pas dan kan je er een sluitende businesscase onder leggen.
Elke sportbond heeft zijn eigen unique selling point. Ik denk dat de BridgeBond de ongebonden sporter op een andere manier moet zien te triggeren dan dat de schaatsbond doet. Dat komt omdat de behoeftes van bridgers en schaatsers ook anders zijn.
Als schaatsbond hebben wij besloten om ons te richten op de accommodaties, waar ook ongebonden sporters gebruik van maken. Als je van plan bent om de ongebonden sporter aan je te binden, dan moet het een strategische keuze zijn en niet iets dat je er zomaar even bij doet.
Dat betekent ook dat je aan de voorkant moet investeren. Dat zouden we dan deels doen met geld van onze leden. Wij vonden het op dit moment niet urgent genoeg en dachten dat we er niet enorm veel geld uit konden halen. Dan kun je dus ook geen sluitende businesscase maken.
Naast schaatsverenigingen zijn aparte schaatsscholen actief op de ijsbanen. De mensen die les hebben bij de schaatsschool, hoeven geen lid van de schaatsvereniging te zijn. Is dat erg? In mijn ogen niet. Ik geloof erin dat het elkaar juist versterkt en dat je in een bepaalde fase van je leven behoefte hebt aan de schaatsschool, omdat je daar bijvoorbeeld op woensdagmiddag les kunt krijgen.
Hoe meer mensen op de schaatsbaan staan, hoe beter. De overtuiging dat ongebonden sporters lid moeten worden van een vereniging, is niet meer van deze tijd. Daarnaast zie ik niet dat ons ledenaantal achteruit loopt, omdat mensen op een andere manier gaan sporten.
Het is goed om als bonden onderling eens in de zoveel tijd over dit thema te praten. Dat deden we al en zullen we blijven doen. Maar voor nu heeft de schaatsbond besloten dat de prioriteiten ergens anders liggen dan bij het binden van de ongebonden sporter. Want als we het gaan doen, dan willen we het ook goed doen.
Trouw
TOP
DE ONGEBONDEN SPORTER
Column
De Nederlandse schaatsbond heeft ongeveer 40.000 leden, maar als het in de winter een paar nachten flink heeft gevroren, schaatsen er miljoenen Nederlanders. De grote groep mensen die het natuurijs op gaan, maar niet zijn aangesloten bij de bond, worden vaak anders georganiseerde of ongebonden sporters genoemd. Zelf praat ik liever over mensen die sporten maar niet in verenigingsverband.
Hoe je deze groep ook noemt, het is hoe dan ook interessant om na te denken hoe je als bond iets voor deze groep kunt betekenen, waardoor je ze aan je kunt binden. Ik weet dat wij niet de enige bond zijn die dit onderwerp weleens op tafel heeft gegooid. En ik kan me voorstellen dat de BridgeBond hier ook over nadenkt, aangezien veel mensen thuis bridgen.
Laat ik vooropstellen dat ik het helemaal niet erg vind dat er ongebonden sporters zijn (in het schaatsen draagt het ook bij aan de exploitatie van ijsbanen). Ik ben juist blij dat mensen bewegen en zo denken aan hun eigen gezondheid en een bijdrage leveren aan een gezonde maatschappij. Wil je iets voor deze groep kunnen betekenen, dan moet je wel weten wie zij is en wat de behoeften zijn. Pas dan kan je er een sluitende businesscase onder leggen.
Elke sportbond heeft zijn eigen unique selling point. Ik denk dat de BridgeBond de ongebonden sporter op een andere manier moet zien te triggeren dan dat de schaatsbond doet. Dat komt omdat de behoeftes van bridgers en schaatsers ook anders zijn.
Als schaatsbond hebben wij besloten om ons te richten op de accommodaties, waar ook ongebonden sporters gebruik van maken. Als je van plan bent om de ongebonden sporter aan je te binden, dan moet het een strategische keuze zijn en niet iets dat je er zomaar even bij doet.
Dat betekent ook dat je aan de voorkant moet investeren. Dat zouden we dan deels doen met geld van onze leden. Wij vonden het op dit moment niet urgent genoeg en dachten dat we er niet enorm veel geld uit konden halen. Dan kun je dus ook geen sluitende businesscase maken.
Naast schaatsverenigingen zijn aparte schaatsscholen actief op de ijsbanen. De mensen die les hebben bij de schaatsschool, hoeven geen lid van de schaatsvereniging te zijn. Is dat erg? In mijn ogen niet. Ik geloof erin dat het elkaar juist versterkt en dat je in een bepaalde fase van je leven behoefte hebt aan de schaatsschool, omdat je daar bijvoorbeeld op woensdagmiddag les kunt krijgen.
Hoe meer mensen op de schaatsbaan staan, hoe beter. De overtuiging dat ongebonden sporters lid moeten worden van een vereniging, is niet meer van deze tijd. Daarnaast zie ik niet dat ons ledenaantal achteruit loopt, omdat mensen op een andere manier gaan sporten.
Het is goed om als bonden onderling eens in de zoveel tijd over dit thema te praten. Dat deden we al en zullen we blijven doen. Maar voor nu heeft de schaatsbond besloten dat de prioriteiten ergens anders liggen dan bij het binden van de ongebonden sporter. Want als we het gaan doen, dan willen we het ook goed doen.
Trouw
Manager Sportparticipatie KNSB
TOP
DE ONGEBONDEN SPORTER
Column
