• Een support doublet moet worden gealerteerd. Het is immers een conventionele bieding; de tegenpartij moet op de hoogte worden gesteld van deze conventionele betekenis. Als je de tegenstanders het respect gunt waar ze recht op hebben, wordt niet alleen het support doublet gealerteerd, maar ook een verhoging van de kleur van de antwoorder. Dat belooft nu immers een vierkaart steun. En ik kan het nog sterker vertellen: ik ben gewend elke andere bieding dan een support doublet of een verhoging (een bod in een andere speelsoort of een pas) óók te alerteren. Partner vertelt daarmee immers dat hij hoogstens twee kaarten in mijn kleur heeft!

• De antwoordende hand weet na een support doublet, een steunbod of het achterwege blijven van een van deze twee biedingen beter wat te doen in een competitieve situatie. Denk aan “de LAW” (onder andere de “wet” dat je met negen troeven samen naar het drieniveau kan gaan). Als men een support doublet speelt, zijn de negatieve consequenties minstens zo belangrijk als de positieve acties (doubleren of steunen).

• Bedenk dat negatieve aanwijzingen uit het bieden (zoals het achterwege blijven van een support doublet) ook erg belangrijk zijn voor het verdere bieden (en ook bijvoorbeeld voor later tegenspel).

• Het grootste voordeel van een support doublet is dat je verschil kunt maken tussen een verhoging met een driekaart en met een vierkaart. In concurrerende biedverlopen is het erg belangrijk om te weten of we een fit met acht kaarten hebben of met slechts zeven kaarten.

• Als partner geen support doublet geeft, maar past of een andere kleur (of SA) biedt, wordt daarmee een driekaart ontkend. Een pluspunt voor het verdere bieden en eventueel voor het tegenspel.

• Een support doublet is ook van toepassing als de antwoorder een vijfkaart heeft beloofd. Hier geeft zuid een driekaart steun in schoppen aan. In het verdere bieden en bij eventueel tegenspel kan het (vooral voor noord) belangrijk zijn om het aantal schoppen van zuid te weten.

Noord 1: 1SA. Het is niet nodig om in harten (of ruiten) te gaan spelen. Met de schoppenstop en (maar) een driekaart harten aan de overkant, is 1SA prima.

Noord 2: 2♦. Steun in partners kleur. Het is niet nodig om in een 4-3-fit te gaan spelen als je een veel betere ruitenfit hebt.

Noord 3: 2♥. Voorlopig niets anders te melden. Het 2♥-bod belooft vrijwel altijd een vijfkaart en een (tamelijk) minimale hand.

Noord 4: 4♥. Met een 6-3-fit en voldoende waarden voor de manche, is het niet nodig om er doekjes om te winden.

Nog enkele opmerkingen en een resumé:

weet noord van de driekaart steun in harten. Als west hierna past, hoeft noord natuurlijk niet per se 2♥ te bieden. Voorbeelden van noordhanden en biedingen die noord kan doen na een support doublet zijn:

Support doublet

De afgelopen maanden heb ik conventies besproken die praktisch iedereen speelt (of behoort te spelen), zoals Stayman, Jacoby en RKC Blackwood. Er zijn andere conventies die wel mogen, maar niet per se hoeven. Een daarvan is het support doublet.

1. Belooft een vijfkaart schoppen (met een doublet zou noord een vierkaart aangeven).

Het support doublet is een uitvinding van de Amerikaanse topspeler Eric Rodwell.

Een standaardsituatie:

Met dit doublet (support doublet) belooft zuid een driekaart steun in harten. Over de rest van zuids hand zegt het doublet weinig. Zo kan zuid al of niet (extra) lengte in ruiten hebben. Enkele voorbeelden van een zuidhand in de ‘support doublet’-positie:

Met zuid 1, 2 en 3 is er sprake van een support doublet. Op het tussenbod van 1♠ volgt er doublet. Zuid 4 kan dat niet doen, met een doubleton harten. Als je geen support doublet speelt, zou je een strafdoublet kunnen geven. Het nadeel van een support doublet is dus dat zuid niet voor straf kan doubleren. Met een sprong naar 2SA is de hand ook mooi verteld. En let op: nu de zuidhand niet doubleert, zit er ook geen driekaart harten(steun).

Wat zijn de algemene regels voor het support doublet?

• openaar en antwoorder hebben beiden een bod gedaan (op 1-hoogte);

• de tegenstander aan de rechterzijde biedt tussen, bijvoorbeeld met een bod op een- of tweehoogte;

• het bieden is niet hoger gekomen dan 2-in-de-kleur van de antwoorder;

• een support doublet (dus met een driekaart steun) is verplicht; elke andere actie ontkent de driekaart steun.

Een aanvulling: behalve een support doublet kennen we ook een support redoublet. Die geldt, als de tegenstander aan de rechterzijde het bod van de antwoorder heeft gedoubleerd.

Enkele situaties:

Vier keer het (support?) doublet in werking en één keer een support redoublet. In de gevallen A tot en met D belooft het doublet van zuid steeds een driekaart in de hoge kleur van noord. In situatie E geeft zuid met redoublet een driekaart schoppen aan. Dit is dus een voorbeeld van een support redoublet.

Als je consequent het support doublet speelt, heeft dit flink wat invloed op andere biedingen. De interpretatie daarvan helpt enorm bij het beoordelen van de hand.

Een pas van zuid in de genoemde biedverlopen ontkent een driekaart (of langer) in de hoge kleur van noord. Ook een bod in een andere speelsoort ontkent zo’n driekaart (of vierkaart) steun. Een steunbod (al dan niet met een sprong) belooft een vierkaart.

Zowel voor het verdere bieden als voor het tegenspel (waaronder de uitkomst) heeft de aanpak met het support doublet veel nut. Er zijn allerlei conclusies te trekken uit het biedverloop.

We gaan eerst verder in op de reactie van de antwoordende hand na een support doublet. Na bijvoorbeeld