In elke gedrukte én digitale editie van BridgeNL buigen bekwame arbiters zich over brandende bridgekwesties. Paul Vonck, Rens Philipsen, Marieke Quant en Erik Slump vormen een panel van arbiters en bespreken de vragen. Marieke Quant en Erik Slump laten in dit e-zine hun licht schijnen over drie lezersvragen.

regels

Spel

1 Noord vraagt aan west of mijn 3♣-bod preëmptief is. Partner antwoordt bevestigend.

West

Noord

Oost

Zuid

-

1

3♣1

pas

pas

doublet

pas

pas

pas

 

 

 

♠ 10 5 4

H 5 2

V 3

♣ 10 7 6 4 3

♠ A 9 7 6 2

A B 9 8 4

9 7

♣ 5

♠ 8

V 3

H 10 5 2

♣ H V B 9 8 2

♠ H V B 3

10 7 6

A B 8 6 4

♣ A

Ik maak het 3♣-contract (100%). Tegenpartij roept arbiter wegens onjuiste uitleg, op de systeemkaart staat: sprongvolgbod 6-krt met 12-15 pnt. Arbiter besluit tot arbitrale score. Vinden jullie dit terecht?

Noord gever | Noord-zuid kwetsbaar | Paren

VRAAG 1

Arbitrale score
wel of niet terecht?

Erik Slump

Antwoord

Tja, best een lastige vraag om onder handen te nemen. Bereid je voor op een lang verhaal.

 Als de arbiter besluit tot een arbitrale score, moet deze daar een reden voor geven. Zonder die reden/argumentatie en de uiteindelijk gegeven score is het onmogelijk om te bepalen of het een terechte beslissing is.

 Kort gesteld moet voor een arbitrale score aan drie voorwaarden worden voldaan:

  • Er moet een overtreding zijn.

  • Er moet nadeel zijn voor de niet-overtredende partij (NOP).

  • Dat nadeel moet een direct gevolg zijn van de overtreding.

Om de arbitrage op te lossen moeten er dus flink wat vragen beantwoord worden.

1. Is er een overtreding?

  • Daar kunnen we kort over zijn: ja, er is sprake van verkeerde uitleg (al had noord de vraag eigenlijk anders moeten stellen, namelijk ‘Wat betekent 3♣?’).

2. Wat is het nadeel voor de niet-overtredende partij?

  • Hoe zou het zijn gegaan met de juiste uitleg?
    Wat zou noord doen met de juiste uitleg?
    De verklaring die noord achteraf geeft, kunnen we hiervoor niet gebruiken. Die weet immers al dat doubleren een slecht resultaat gaat opleveren.

  • Zou zuid iets anders doen met de juiste uitleg?
    Hier geldt hetzelfde. Zuid zou met de wetenschap dat 3♣ maakt, natuurlijk niet nog een keer passen op het doublet. Die verklaring kunnen we dus ook niet gebruiken.

  • Zou dat een beter resultaat hebben opgeleverd?
    Als er niet gedoubleerd wordt, of zuid biedt nog 3♦, dan geeft dat OW zeker een beter resultaat. Maar is dat wat er redelijkerwijs zou gebeuren?

3.  Is er een verband tussen de overtreding en het resultaat?

  • Als noord ook met de juiste uitleg doubleert, dan is daar geen verband.

  • Als zuid ook met de juiste uitleg past, dan is daar geen verband.

  • Als NZ zelf iets heel stoms hebben gedaan, is er ook geen verband.

Als clubarbiter mag je deze vragen allemaal lekker zelf beantwoorden. Ben je goed opgeleid als wedstrijdleider en heb je op de juiste manier leren enquêteren (ook ‘pollen’ genoemd), dan kun je spelers die het spel niet kennen en een vergelijkbaar niveau hebben, vragen wat zij zouden doen. Dat enquêteren is veel moeilijker dan het lijkt en daarom raadt de bond het ook af voor CLA & CLB (CA & CA+)-arbiters. Het kost ook nog eens heel veel tijd.

Wel kun je natuurlijk de hulp inroepen van andere spelers/arbiters als je ergens over twijfelt, maar doorgaans moet je het zelf doen. Dan heb je de moeilijke taak om je te verplaatsen in het niveau van de spelers. De meeste spelers die een hoger niveau hebben, kunnen dit helaas vaak niet.

 Na deze uitgebreide inleiding zal ik wat vragen beantwoorden vanuit de rol van clubarbiter.

  • Het lijkt vrij normaal dat noord ook bij de juiste uitleg doubleert. Met een singleton klaveren wil je toch proberen op 3-niveau zelf te spelen. Je hebt ook maar een slag of drie in de verdediging.

  • Het is naar mijn idee niet goed van zuid om voor straf te passen met slechts 5 punten en ♣10 x x x x, maar hier spreekt de meer ervaren speler (overigens blijkt verderop dat ik die mening moet afzwakken). Ik kan me echter goed voorstellen dat een minder ervaren/minder goede speler past. Maar dan ligt het ook in de lijn der verwachting dat deze dat doet met de juiste uitleg. Die zal immers een nog sterkere maat verwachten en zich nog steeds blindstaren op de vijfkaart troef tegen.

Op basis van deze antwoorden zou ik dus als clubarbiter het resultaat laten staan.

Als je als clubarbiter deze vragen echter anders beantwoordt, bijvoorbeeld dat volgens jou noord met de juiste uitleg niet zou doubleren maar zou passen, dan moet je de score aanpassen naar 3♣ ongedoubleerd gemaakt. Ook dat is dan een juiste arbitrage en daarmee is de arbitrale score terecht.

Maar of je nu club- of bondsarbiter bent, je moet jouw beslissing wel altijd onderbouwen met het antwoord op deze vragen. Zomaar zeggen: “Het is een overtreding, dus een arbitrale score” mag niet. Maar ik ga er voorlopig even van uit dat de arbiter in kwestie die uitleg wel degelijk gegeven heeft, maar dat die niet in de vraag terechtgekomen is. 

Nu ga ik graag wat grondiger te werk. Voor de lezers die de procedure leuk en/of interessant vinden, heb ik daarom ook bij een flink aantal spelers, die het spel dus niet kennen, nagevraagd wat zij zouden doen. Dat kostte me een paar dagen, voordat ik genoeg mensen tweemaal gesproken had. Ik heb twee keer zes noord-spelers en twee keer zes zuid-spelers, van wie ik denk dat ze een vergelijkbaar niveau hebben, gevraagd wat zij zouden bieden. Uiteraard alleen met de hand die erbij hoort. Ik heb lang niet altijd (een bruikbaar) antwoord gekregen, maar genoeg om een goed beeld te hebben.

Noord-spelers groep 1:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 12-15 punten is?
Unaniem, doublet.

Verandert dat als het 6-11 punten is?
Unaniem, nee.

Noord-spelers groep 2:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 6-11 punten is?
Eén keer 3♦, de rest doublet.

Verandert dat als het 12-15 punten is?
Nee (waarvan één keer met twijfel).

We kunnen dus concluderen dat de uitleg geen invloed heeft op het bieden van noord.

Zuid-spelers groep 1:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 12-15 punten is?
Eén keer 3♦, de rest past.

Verandert dat als het 6-11 punten is?
Alleen de 3♦-bieder denkt nu dat 3NT een kans moet hebben, de rest blijft bij pas.

Zuid-spelers groep 2:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 6-11 punten is?
Eén keer 3♥, de rest past.

Verandert dat als het 12-15 punten is?
Unaniem, nee.

We kunnen dus concluderen dat de uitleg eveneens geen invloed heeft op het bieden van zuid. Het is daarnaast goed om vast te stellen dat passen toch niet een heel gekke optie is. Ik ben ook nog even bij een paar topspelers te rade gegaan. Die zien wel het dilemma voor zuid en verrassend genoeg (voor mij) overwegen ze de pas wel degelijk. Toch bieden die hier uiteindelijk unaniem 3♦. Blijkt nog eens extra dat je echt spelers van gelijk niveau moet vragen.

Nu zijn we klaar met ons onderzoek.

  • Het staat vast dat er een overtreding was (verkeerde uitleg).

  • NZ hadden een slecht resultaat.

  • Er is echter geen verband tussen de overtreding en het slechte resultaat. Dus komt er geen arbitrale score. 3♣X C blijft staan.

Ik hoop hiermee een leuk kijkje te hebben gegeven in de wereld van het enquêteren en denk dat duidelijk zal zijn dat je dit niet zomaar even zelf moet gaan doen. Je stelt al snel de verkeerde vraag. Als clubarbiter moet je het dus zelf, eventueel met wat hulp, bedenken.

1.  Multi Coloured:
- een opening met of een zwakke zeskaart in een hoge kleur (6-11);
- of een hand met een supersterke SA (25+);
- een hand met een sterke opening in een lage kleur (wordt niet door iedereen gespeeld).
2.  Vraagbod, mancheforcing indien openaar meer heeft dan een minimale zwakke twee.
3.  Zeskaart schoppen en maximaal.

West

Noord

Oost

Zuid

-

21

pas

2SA2

pas

33

pas

3SA

pas

pas

pas

 

♠ A B 6 4

V 8 5

A 5

♣ A 10 7 6

♠ V 7 5

6 3

V B 6 3

♣ V B 8 3

♠ H 9 3

7 4

H 10 8 7 4 2

♣ 4 2

♠ 10 8 2

A H B 10 9 2

9

♣ H 9 5

Toelichting op het bieden
2 is multi (6-10) met een zeskaart in een hoge kleur. 3 wordt nog tijdens de biedperiode uitgelegd als maximale zwakke twee in schoppen. Zo staat het ook op de systeemkaart. Terwijl zuid na enig nadenken aarzelend 3SA op tafel legt, mompelt hij dat noord het systeem weleens vergeten kan zijn.
Uitkomst V.

Relevante feiten
Zuid maakte 3SA+1. Het betreft een (echt)paar dat veel met elkaar speelt.

Vraag/vragen
West roept de arbiter (mij) en vraagt of dit zomaar kan. Ik laat het spelen en vraag naderhand of oost-west zich benadeeld voelen. Dat weten ze eigenlijk niet, maar het gaat vooral om, zoals zij het noemen, het “ethische” aspect. Ook noord-zuid vragen zich achteraf af of dit allemaal wel koosjer was.

Mijn vraag
Je mag natuurlijk bieden wat je wilt, en fouten maken, en je moet volledige informatie geven. Dat is allemaal gebeurd. Maar het feit dat er enige partnership understanding is die van invloed is, maakt het allemaal wat schemerig. Als zuid consequent biedt, hebben oost-west met 4♠ een goede score.

Kortom: ik zie in de regels niet direct een aanleiding om in te grijpen, maar ik vermoed dat er mogelijk toch een reden is om hier iets mee te doen als arbiter. Misschien een straf aan noord-zuid omdat ze hun systeem niet beheersen?

Noord gever | Noord-zuid kwetsbaar | Paren

VRAAG 2

Wel of niet koosjer?

Erik Slump

Antwoord

Tja, fouten maken in het bieden is een gegeven in bridge. En werkelijk op alle niveaus. Een biedfout maken is echter geen overtreding. De grootste misvatting is dat wanneer een partij een fout maakt, de tegenpartij dan recht heeft op een goede score. Als we die aanname achterwege laten, lost dit probleem zich vrij makkelijk op.

De spelregels geven duidelijk aan dat een afspraak niet altijd expliciet is, maar dat wel kan worden op basis van onderlinge ervaringen. Dat wordt veelal aangeduid met ‘partnership understanding’. Dit moet dan aan de tegenstanders worden uitgelegd als het voorkomt (dat speelt met name een rol wanneer de vraag is of er onjuist is uitgelegd en of tegenstanders daar nadeel van hebben gehad).

Deze situatie is eigenlijk niet wat hiermee bedoeld wordt, maar komt wel in de buurt. Wat er feitelijk aan de hand is, is dat zuid zijn maat niet vertrouwt. Dat is misschien voor het partnership niet heel best, maar zeker niet verboden. Zuid doet het op zich netjes (alhoewel mompelend) door dat uit te spreken naar de tegenpartij. Vervolgens zoekt hij een uitweg om niet te hoeven gokken of hij nu 4♥ of 4♠ moet bieden en besluit zijn geld op 3SA te zetten. Dat is geen overtreding en dus blijft de score staan.

Om dit een overtreding te laten zijn moet noord in woord of gebaar duidelijk hebben gemaakt dat deze niet wist wat te moeten bieden. Dan is er sprake van ongeoorloofde informatie (OI). Dat is wat anders dan je maat niet vertrouwen op basis van fouten in het verleden.

Er speelt nog wel iets anders. Noord heeft door het “gemompel” van zuid wel OI gekregen en daar heel netjes geen gebruik van gemaakt.

Dan het “niet beheersen van het systeem”. Dat is geen onderdeel van de spelregels. De arbiter mag een straf geven aan (plat gezegd) iedereen die het bridgespel (opzettelijk) verziekt. Dat is hier niet het geval. Een goed voorbeeld van het systeem niet beheersen op een manier die straf verdient, is een gelegenheidspaar dat in vijf minuten voor de wedstrijd allerlei exotische afspraken maakt zonder de consequenties te hebben doorgesproken. Als we iedereen die een afspraak, die zelden voorkomt, vergeet moeten gaan straffen, dan is het leed niet te overzien. Ga ervan uit dat iedereen zijn best doet en iedereen ook probeert een zo goed mogelijk systeem te spelen. En ja, dan maak je weleens een fout. En soms pakt dat goed uit, meestal niet.

Tot slot een korte opmerking over de Multi Coloured-opening. Deze veel te ingewikkelde opening is toegestaan, omdat zo verschrikkelijk veel mensen (over de hele wereld) deze opening spelen (ik denk zelfs dat 75 procent het niet eens zo ver heeft doorgesproken als dit paar). Iedereen mag een verdediging tegen deze specifieke 2♦-opening erbij houden en aan tafel lezen en gebruiken. Dat doen er helaas maar weinig.

West

Noord

Oost

Zuid

-

1♣

2♣

pas

2♠

pas

4♠

pas

pas

pas

 

 

♠ 7 6

8 7 6 2

H 9 6 4

♣ V 8 6

♠ H B 10 5 3

A 9

10 8 5 3

♣ A 4

♠ A 9 8 4 2

H B 10 5 3

7 2

♣ 9

♠ V

V 4

A V B

♣ H B 10 7 5 3 2

Mijn 2♣-bod belooft de hoge kleuren, maar mijn partner alerteerde het niet. We hebben dit recent veranderd, het was daarvoor echt. Mijn partner bood nu 2♠ en ik dacht dat het een echte kleur was en dat blijkt ook zo te zijn. Ik bood 4♠. Als partner wel had gealerteerd, dan had ik gepast op 2♠. Noord-zuid waren het niet eens met mijn 4♠-bod en riepen de arbiter. De sfeer was prima aan tafel. De arbiter (wat fijn dat mensen dit willen doen op clubs) besloot het terug te draaien naar 2♠ plus 3.

Na afloop vroeg ik aan de arbiter en de tegenstanders of ik dit mocht insturen. Iedereen vond dat prima. 

Mijn vraag is of mijn actie (4♠) wel mag? Mijn partner had natuurlijk nooit 2♠ geboden als hij de afspraak niet was vergeten.

VRAAG 3

Is mijn actie geoorloofd?

Marieke Quant

Antwoord

Dit is een klassiek voorbeeld van een geval van ongeoorloofde informatie en de bijbehorende vraag hoe dit afgehandeld moet worden. In het biedverloop heeft je partner jouw 2♣, dat volgens recente afspraak beide hoge kleuren belooft, niet gealerteerd. Het feit dat je partner niet heeft gealerteerd, is voor jou zogenaamde ongeoorloofde informatie (OI). Dit is informatie die je niet op reglementaire wijze hebt gekregen. In de spelregels is dit terug te vinden in artikel 16B. De vraag is dan wat je als speler wel en niet mag als je OI hebt gekregen. Het formele antwoord is vastgelegd in artikel 16B: je mag deze informatie niet in je voordeel gebruiken als je de keuze hebt tussen verschillende mogelijkheden. Dus in dit geval: je mag geen bieding kiezen die gesuggereerd wordt door de ongeoorloofde informatie als er ook andere opties zijn. Als praktische leidraad: als je je als speler realiseert dat je OI hebt, dan is het goed om je af te vragen wat je zonder de OI gedaan zou hebben en daar niet van af te wijken. 

Dan de afhandeling van de arbitrage: je geeft zelf aan dat je, als partner wel had gealerteerd, gepast zou hebben en daarmee is het gebruik van de OI overduidelijk. Door het niet alerteren, ging je ervan uit dat partner echte schoppen had en dat maakt het bieden van 4♠ aantrekkelijker. Doordat 4♠ erin zit, heb je hier voordeel van en dat is niet toegestaan. De arbiter haalt dit voordeel dan ook weg door de score aan te passen naar 2♠ plus 3. De arbiter heeft deze casus dus keurig afgehandeld.

Tot slot geef je nog aan dat je partner nooit 2♠ had geboden als hij de afspraak niet was vergeten. Dat is voor de afhandeling van de arbitrage niet van belang. Een arbiter past een score alleen aan om voordeel behaald door een overtreding (in dit geval het gebruik van OI) weg te halen, maar niet om ongelukkige of foutieve keuzes in bieden en spelen te herstellen. Bieden vóór een overtreding is zonder onregelmatigheden tot stand gekomen, dus daar mag een arbiter geen aanpassingen aan maken.

In elke gedrukte én digitale editie van BridgeNL buigen bekwame arbiters zich over brandende bridgekwesties. Paul Vonck, Rens Philipsen, Marieke Quant en Erik Slump vormen een panel van arbiters en bespreken de vragen. Marieke Quant en Erik Slump laten in dit e-zine hun licht schijnen over drie lezersvragen.

regels

Spel

Ik maak het 3♣-contract (100%). Tegenpartij roept arbiter wegens onjuiste uitleg, op de systeemkaart staat: sprongvolgbod 6-krt met 12-15 pnt. Arbiter besluit tot arbitrale score. Vinden jullie dit terecht?

1 Noord vraagt aan west of mijn 3♣-bod preëmptief is. Partner antwoordt bevestigend.

West

Noord

Oost

Zuid

-

1

3♣1

pas

pas

doublet

pas

pas

pas

 

 

 

♠ 10 5 4

H 5 2

V 3

♣ 10 7 6 4 3

♠ A 9 7 6 2

A B 9 8 4

9 7

♣ 5

♠ 8

V 3

H 10 5 2

♣ H V B 9 8 2

♠ H V B 3

10 7 6

A B 8 6 4

♣ A

Noord gever | Noord-zuid kwetsbaar | Paren

Arbitrale score
wel of niet terecht?

VRAAG 1

Tja, best een lastige vraag om onder handen te nemen. Bereid je voor op een lang verhaal.

 Als de arbiter besluit tot een arbitrale score, moet deze daar een reden voor geven. Zonder die reden/argumentatie en de uiteindelijk gegeven score is het onmogelijk om te bepalen of het een terechte beslissing is.

 Kort gesteld moet voor een arbitrale score aan drie voorwaarden worden voldaan:

  • Er moet een overtreding zijn.

  • Er moet nadeel zijn voor de niet-overtredende partij (NOP).

  • Dat nadeel moet een direct gevolg zijn van de overtreding.

Om de arbitrage op te lossen moeten er dus flink wat vragen beantwoord worden.

1. Is er een overtreding?

  • Daar kunnen we kort over zijn: ja, er is sprake van verkeerde uitleg (al had noord de vraag eigenlijk anders moeten stellen, namelijk ‘Wat betekent 3♣?’).

2. Wat is het nadeel voor de niet-overtredende partij?

  • Hoe zou het zijn gegaan met de juiste uitleg?
    Wat zou noord doen met de juiste uitleg?
    De verklaring die noord achteraf geeft, kunnen we hiervoor niet gebruiken. Die weet immers al dat doubleren een slecht resultaat gaat opleveren.

  • Zou zuid iets anders doen met de juiste uitleg?
    Hier geldt hetzelfde. Zuid zou met de wetenschap dat 3♣ maakt, natuurlijk niet nog een keer passen op het doublet. Die verklaring kunnen we dus ook niet gebruiken.

  • Zou dat een beter resultaat hebben opgeleverd?
    Als er niet gedoubleerd wordt, of zuid biedt nog 3♦, dan geeft dat OW zeker een beter resultaat. Maar is dat wat er redelijkerwijs zou gebeuren?

3.  Is er een verband tussen de overtreding en het resultaat?

  • Als noord ook met de juiste uitleg doubleert, dan is daar geen verband.

  • Als zuid ook met de juiste uitleg past, dan is daar geen verband.

  • Als NZ zelf iets heel stoms hebben gedaan, is er ook geen verband.

Als clubarbiter mag je deze vragen allemaal lekker zelf beantwoorden. Ben je goed opgeleid als wedstrijdleider en heb je op de juiste manier leren enquêteren (ook ‘pollen’ genoemd), dan kun je spelers die het spel niet kennen en een vergelijkbaar niveau hebben, vragen wat zij zouden doen. Dat enquêteren is veel moeilijker dan het lijkt en daarom raadt de bond het ook af voor CLA & CLB (CA & CA+)-arbiters. Het kost ook nog eens heel veel tijd.

Wel kun je natuurlijk de hulp inroepen van andere spelers/arbiters als je ergens over twijfelt, maar doorgaans moet je het zelf doen. Dan heb je de moeilijke taak om je te verplaatsen in het niveau van de spelers. De meeste spelers die een hoger niveau hebben, kunnen dit helaas vaak niet.

 Na deze uitgebreide inleiding zal ik wat vragen beantwoorden vanuit de rol van clubarbiter.

  • Het lijkt vrij normaal dat noord ook bij de juiste uitleg doubleert. Met een singleton klaveren wil je toch proberen op 3-niveau zelf te spelen. Je hebt ook maar een slag of drie in de verdediging.

  • Het is naar mijn idee niet goed van zuid om voor straf te passen met slechts 5 punten en ♣10 x x x x, maar hier spreekt de meer ervaren speler (overigens blijkt verderop dat ik die mening moet afzwakken). Ik kan me echter goed voorstellen dat een minder ervaren/minder goede speler past. Maar dan ligt het ook in de lijn der verwachting dat deze dat doet met de juiste uitleg. Die zal immers een nog sterkere maat verwachten en zich nog steeds blindstaren op de vijfkaart troef tegen.

Op basis van deze antwoorden zou ik dus als clubarbiter het resultaat laten staan.

Als je als clubarbiter deze vragen echter anders beantwoordt, bijvoorbeeld dat volgens jou noord met de juiste uitleg niet zou doubleren maar zou passen, dan moet je de score aanpassen naar 3♣ ongedoubleerd gemaakt. Ook dat is dan een juiste arbitrage en daarmee is de arbitrale score terecht.

Maar of je nu club- of bondsarbiter bent, je moet jouw beslissing wel altijd onderbouwen met het antwoord op deze vragen. Zomaar zeggen: “Het is een overtreding, dus een arbitrale score” mag niet. Maar ik ga er voorlopig even van uit dat de arbiter in kwestie die uitleg wel degelijk gegeven heeft, maar dat die niet in de vraag terechtgekomen is. 

Nu ga ik graag wat grondiger te werk. Voor de lezers die de procedure leuk en/of interessant vinden, heb ik daarom ook bij een flink aantal spelers, die het spel dus niet kennen, nagevraagd wat zij zouden doen. Dat kostte me een paar dagen, voordat ik genoeg mensen tweemaal gesproken had. Ik heb twee keer zes noord-spelers en twee keer zes zuid-spelers, van wie ik denk dat ze een vergelijkbaar niveau hebben, gevraagd wat zij zouden bieden. Uiteraard alleen met de hand die erbij hoort. Ik heb lang niet altijd (een bruikbaar) antwoord gekregen, maar genoeg om een goed beeld te hebben.

Noord-spelers groep 1:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 12-15 punten is?
Unaniem, doublet.

Verandert dat als het 6-11 punten is?
Unaniem, nee.

Noord-spelers groep 2:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 6-11 punten is?
Eén keer 3♦, de rest doublet.

Verandert dat als het 12-15 punten is?
Nee (waarvan één keer met twijfel).

We kunnen dus concluderen dat de uitleg geen invloed heeft op het bieden van noord.

Zuid-spelers groep 1:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 12-15 punten is?
Eén keer 3♦, de rest past.

Verandert dat als het 6-11 punten is?
Alleen de 3♦-bieder denkt nu dat 3NT een kans moet hebben, de rest blijft bij pas.

Zuid-spelers groep 2:
Wat zou je doen als 3♣ een 6+kaart met 6-11 punten is?
Eén keer 3♥, de rest past.

Verandert dat als het 12-15 punten is?
Unaniem, nee.

We kunnen dus concluderen dat de uitleg eveneens geen invloed heeft op het bieden van zuid. Het is daarnaast goed om vast te stellen dat passen toch niet een heel gekke optie is. Ik ben ook nog even bij een paar topspelers te rade gegaan. Die zien wel het dilemma voor zuid en verrassend genoeg (voor mij) overwegen ze de pas wel degelijk. Toch bieden die hier uiteindelijk unaniem 3♦. Blijkt nog eens extra dat je echt spelers van gelijk niveau moet vragen.

Nu zijn we klaar met ons onderzoek.

  • Het staat vast dat er een overtreding was (verkeerde uitleg).

  • NZ hadden een slecht resultaat.

  • Er is echter geen verband tussen de overtreding en het slechte resultaat. Dus komt er geen arbitrale score. 3♣X C blijft staan.

Ik hoop hiermee een leuk kijkje te hebben gegeven in de wereld van het enquêteren en denk dat duidelijk zal zijn dat je dit niet zomaar even zelf moet gaan doen. Je stelt al snel de verkeerde vraag. Als clubarbiter moet je het dus zelf, eventueel met wat hulp, bedenken.

Antwoord

Toelichting op het bieden
2 is multi (6-10) met een zeskaart in een hoge kleur. 3 wordt nog tijdens de biedperiode uitgelegd als maximale zwakke twee in schoppen. Zo staat het ook op de systeemkaart. Terwijl zuid na enig nadenken aarzelend 3SA op tafel legt, mompelt hij dat noord het systeem weleens vergeten kan zijn.
Uitkomst V.

Relevante feiten
Zuid maakte 3SA+1. Het betreft een (echt)paar dat veel met elkaar speelt.

Vraag/vragen
West roept de arbiter (mij) en vraagt of dit zomaar kan. Ik laat het spelen en vraag naderhand of oost-west zich benadeeld voelen. Dat weten ze eigenlijk niet, maar het gaat vooral om, zoals zij het noemen, het “ethische” aspect. Ook noord-zuid vragen zich achteraf af of dit allemaal wel koosjer was.

Mijn vraag
Je mag natuurlijk bieden wat je wilt, en fouten maken, en je moet volledige informatie geven. Dat is allemaal gebeurd. Maar het feit dat er enige partnership understanding is die van invloed is, maakt het allemaal wat schemerig. Als zuid consequent biedt, hebben oost-west met 4♠ een goede score.

Kortom: ik zie in de regels niet direct een aanleiding om in te grijpen, maar ik vermoed dat er mogelijk toch een reden is om hier iets mee te doen als arbiter. Misschien een straf aan noord-zuid omdat ze hun systeem niet beheersen?

1.  Multi Coloured:
- een opening met of een zwakke zeskaart in een hoge kleur (6-11);
- of een hand met een supersterke SA (25+);
- een hand met een sterke opening in een lage kleur (wordt niet door iedereen gespeeld).
2.  Vraagbod, mancheforcing indien openaar meer heeft dan een minimale zwakke twee.
3.  Zeskaart schoppen en maximaal.

Noord gever | Noord-zuid kwetsbaar | Paren

West

Noord

Oost

Zuid

-

21

pas

2SA2

pas

33

pas

3SA

pas

pas

pas

 

♠ A B 6 4

V 8 5

A 5

♣ A 10 7 6

♠ V 7 5

6 3

V B 6 3

♣ V B 8 3

♠ H 9 3

7 4

H 10 8 7 4 2

♣ 4 2

♠ 10 8 2

A H B 10 9 2

9

♣ H 9 5

Wel of niet koosjer?

VRAAG 2

Tja, fouten maken in het bieden is een gegeven in bridge. En werkelijk op alle niveaus. Een biedfout maken is echter geen overtreding. De grootste misvatting is dat wanneer een partij een fout maakt, de tegenpartij dan recht heeft op een goede score. Als we die aanname achterwege laten, lost dit probleem zich vrij makkelijk op.

De spelregels geven duidelijk aan dat een afspraak niet altijd expliciet is, maar dat wel kan worden op basis van onderlinge ervaringen. Dat wordt veelal aangeduid met ‘partnership understanding’. Dit moet dan aan de tegenstanders worden uitgelegd als het voorkomt (dat speelt met name een rol wanneer de vraag is of er onjuist is uitgelegd en of tegenstanders daar nadeel van hebben gehad).

Deze situatie is eigenlijk niet wat hiermee bedoeld wordt, maar komt wel in de buurt. Wat er feitelijk aan de hand is, is dat zuid zijn maat niet vertrouwt. Dat is misschien voor het partnership niet heel best, maar zeker niet verboden. Zuid doet het op zich netjes (alhoewel mompelend) door dat uit te spreken naar de tegenpartij. Vervolgens zoekt hij een uitweg om niet te hoeven gokken of hij nu 4♥ of 4♠ moet bieden en besluit zijn geld op 3SA te zetten. Dat is geen overtreding en dus blijft de score staan.

Om dit een overtreding te laten zijn moet noord in woord of gebaar duidelijk hebben gemaakt dat deze niet wist wat te moeten bieden. Dan is er sprake van ongeoorloofde informatie (OI). Dat is wat anders dan je maat niet vertrouwen op basis van fouten in het verleden.

Er speelt nog wel iets anders. Noord heeft door het “gemompel” van zuid wel OI gekregen en daar heel netjes geen gebruik van gemaakt.

Dan het “niet beheersen van het systeem”. Dat is geen onderdeel van de spelregels. De arbiter mag een straf geven aan (plat gezegd) iedereen die het bridgespel (opzettelijk) verziekt. Dat is hier niet het geval. Een goed voorbeeld van het systeem niet beheersen op een manier die straf verdient, is een gelegenheidspaar dat in vijf minuten voor de wedstrijd allerlei exotische afspraken maakt zonder de consequenties te hebben doorgesproken. Als we iedereen die een afspraak, die zelden voorkomt, vergeet moeten gaan straffen, dan is het leed niet te overzien. Ga ervan uit dat iedereen zijn best doet en iedereen ook probeert een zo goed mogelijk systeem te spelen. En ja, dan maak je weleens een fout. En soms pakt dat goed uit, meestal niet.

Tot slot een korte opmerking over de Multi Coloured-opening. Deze veel te ingewikkelde opening is toegestaan, omdat zo verschrikkelijk veel mensen (over de hele wereld) deze opening spelen (ik denk zelfs dat 75 procent het niet eens zo ver heeft doorgesproken als dit paar). Iedereen mag een verdediging tegen deze specifieke 2♦-opening erbij houden en aan tafel lezen en gebruiken. Dat doen er helaas maar weinig.

Antwoord

Mijn 2♣-bod belooft de hoge kleuren, maar mijn partner alerteerde het niet. We hebben dit recent veranderd, het was daarvoor echt. Mijn partner bood nu 2♠ en ik dacht dat het een echte kleur was en dat blijkt ook zo te zijn. Ik bood 4♠. Als partner wel had gealerteerd, dan had ik gepast op 2♠. Noord-zuid waren het niet eens met mijn 4♠-bod en riepen de arbiter. De sfeer was prima aan tafel. De arbiter (wat fijn dat mensen dit willen doen op clubs) besloot het terug te draaien naar 2♠ plus 3.

Na afloop vroeg ik aan de arbiter en de tegenstanders of ik dit mocht insturen. Iedereen vond dat prima. 

Mijn vraag is of mijn actie (4♠) wel mag? Mijn partner had natuurlijk nooit 2♠ geboden als hij de afspraak niet was vergeten.

West

Noord

Oost

Zuid

-

1♣

2♣

pas

2♠

pas

4♠

pas

pas

pas

 

 

♠ 7 6

8 7 6 2

H 9 6 4

♣ V 8 6

♠ H B 10 5 3

A 9

10 8 5 3

♣ A 4

♠ A 9 8 4 2

H B 10 5 3

7 2

♣ 9

♠ V

V 4

A V B

♣ H B 10 7 5 3 2

Is mijn actie geoorloofd?

VRAAG 3

Dit is een klassiek voorbeeld van een geval van ongeoorloofde informatie en de bijbehorende vraag hoe dit afgehandeld moet worden. In het biedverloop heeft je partner jouw 2♣, dat volgens recente afspraak beide hoge kleuren belooft, niet gealerteerd. Het feit dat je partner niet heeft gealerteerd, is voor jou zogenaamde ongeoorloofde informatie (OI). Dit is informatie die je niet op reglementaire wijze hebt gekregen. In de spelregels is dit terug te vinden in artikel 16B. De vraag is dan wat je als speler wel en niet mag als je OI hebt gekregen. Het formele antwoord is vastgelegd in artikel 16B: je mag deze informatie niet in je voordeel gebruiken als je de keuze hebt tussen verschillende mogelijkheden. Dus in dit geval: je mag geen bieding kiezen die gesuggereerd wordt door de ongeoorloofde informatie als er ook andere opties zijn. Als praktische leidraad: als je je als speler realiseert dat je OI hebt, dan is het goed om je af te vragen wat je zonder de OI gedaan zou hebben en daar niet van af te wijken. 

Dan de afhandeling van de arbitrage: je geeft zelf aan dat je, als partner wel had gealerteerd, gepast zou hebben en daarmee is het gebruik van de OI overduidelijk. Door het niet alerteren, ging je ervan uit dat partner echte schoppen had en dat maakt het bieden van 4♠ aantrekkelijker. Doordat 4♠ erin zit, heb je hier voordeel van en dat is niet toegestaan. De arbiter haalt dit voordeel dan ook weg door de score aan te passen naar 2♠ plus 3. De arbiter heeft deze casus dus keurig afgehandeld.

Tot slot geef je nog aan dat je partner nooit 2♠ had geboden als hij de afspraak niet was vergeten. Dat is voor de afhandeling van de arbitrage niet van belang. Een arbiter past een score alleen aan om voordeel behaald door een overtreding (in dit geval het gebruik van OI) weg te halen, maar niet om ongelukkige of foutieve keuzes in bieden en spelen te herstellen. Bieden vóór een overtreding is zonder onregelmatigheden tot stand gekomen, dus daar mag een arbiter geen aanpassingen aan maken.

Antwoord