Sportjaar zonder podium

De eerste wielerwedstrijden op hometrainers

Als tijdelijke oplossing voor de afgelaste voorjaarsklassiekers werden er wedstrijden georganiseerd op hometrainers. De eerste keer dat dit gebeurde, was al in 1887.

George Hogenkamp is auteur van enkele boeken over de begintijd van het wielrennen in de negentiende eeuw. Echte verzamelaars van wielerboeken kunnen niet slapen als zij niet minstens één exemplaar hebben van Een halve eeuw wielersport, dat in 1918 verscheen. Hogenkamp schreef hierin onder meer over het begin van de hometrainer, die veel ouder is dan we denken. Al in 1892 werd dit instrument namelijk omschreven als ‘een toestel, waarop men het wielrijden bedriegelijk kan nabootsen’.

Cyclodroom
De introductie was in de winter van 1886 in Groot-Brittannië. ‘Destijds is er in verschillende landen patent op verkregen’, aldus Hogenkamp. Meteen werden de eerste wedstrijden georganiseerd, in Nederland sinds 1887. ‘Deze vorm van races heeft op den gewone voor’, concludeerde Algemeen Handelsblad droog, ‘dat men elkaar niet in de wielen kan rijden.’ 

In het buitenland liepen zulke races uit op gigantische evenementen. In februari 1894 waren er wedstrijden in New York tussen de beroemde baanrenners Albert Schock en J.S. Prince. Elke avond reden ze vijftien mijl, zo schreef tijdschrift De Athleet. In 1908 gebeurde iets vergelijkbaars in Parijs met dagelijks grote aantallen toeschouwers.

Tv-maker Wilfried de Jong had in zijn voormalige programma Holland Sport een fietsspel, waarbij prominente gasten plaatsnamen op racefietsen, die met snaren waren verbonden aan miniatuurfietsjes op een plateau. Hoe harder iemand fietste, hoe sneller zijn fietsje over dat plateau zijn rondje maakte. Voor deze variant van een hometrainer was al in 1894 een patent ingediend! De oudste foto hiervan is uit 1908 uit Berlijn, waar profrenners wedstrijden reden voor een enthousiast publiek. Er was zelfs een naam voor: een cyclodroom. ‘Men kon er tegen een klein bedrag op de rollen rijden en ‘s avonds reden er de renners op.’

Oorlog
In de maanden na de Duitse inval was er een opleving in Nederland van wedstrijden op hometrainers, omdat de wielersport tijdelijk tot stilstand was gekomen – net als in de lente van 2020. De coureurs zaten werkloos thuis en daarom moesten ze iets anders verzinnen om hun geld te verdienen. In Den Haag werden daarom vanaf 11 oktober 1940 een week lang wedstrijden op de hometrainer georganiseerd tussen drie wereldkampioenen baanrennen: Jan Derksen, Arie van Vliet en Jef van de Vijver. Voordat zij begonnen, werden ze eerst feestelijk door de stad gereden. 

Het werd een overdonderend succes met uitverkochte zalen en zo werd er een nationale tour aan vastgeplakt langs bioscopen en theaters. Van 25 oktober tot en met 3 november reed het drietal hometrainer-wedstrijden in Leiden; een maand later waren ze in Maastricht. Elders in het land kwamen ook andere baanrenners zo in actie, waarmee de hometrainer een nieuwe opleving kende, ruim een halve eeuw nadat die was ontworpen.

En weer tachtig jaar later zat er voor de internationale wielerwereld weinig anders op dan dit opnieuw te doen. Het enige verschil met alle andere hometrainer-wedstrijden sinds 1887 was het gebruik van internet en wifi, maar voor de rest was alles hetzelfde.

shutterstock_1692162880.png (copy)

1887

1887