Sportjaar zonder podium
Wedstrijd Nederlands elftal afgelast
In het coronajaar werden er voor de eerste keer wedstrijden van het Nederlands elftal afgelast vanwege een pandemie. In 1929 werd een interland tegen België van het programma gehaald vanwege politieke problemen tussen Den Haag en Brussel.
De jaarlijkse wedstrijden tussen Nederland en België waren een jaartje of negentig geleden de hoogtepunten van het sportieve jaar, de zogenoemde Derby der Lage Landen. Die werd twee keer per jaar gespeeld, één keer thuis en één keer uit.
Op 24 maart 1929 had er in Antwerpen gespeeld moeten worden, maar vanwege een politiek en diplomatiek conflict tussen Nederland en België haalde de Belgische bond deze wedstrijd van het programma. De landen hadden ruzie gekregen door een verhaal in het Utrechts Dagblad van 23 februari 1929 over een geheim militair akkoord tussen België en Frankrijk, waarbij deze landen de neutraliteit van Nederland niet zouden erkennen in geval van oorlog. Dat dit verhaal was gebaseerd op een vervalst document was toen nog niet bekend. De Belgische bond vreesde daarom dat de supporters van beide landen elkaar zouden aanvliegen en zo werd voor de eerste keer een wedstrijd van Oranje afgelast vanwege een politiek probleem, ‘in volledige overeenstemming met den Nederlandschen Voetbalbond’.
Op 5 mei 1929 werd de interland alsnog gespeeld, zónder problemen.
Sport en politiek
Door deze affaire werd in één klap duidelijk dat sport en politiek niet meer van elkaar waren gescheiden, in ieder geval voor de vooraanstaande Nederlandse sportjournalist Leo Lauer. ‘Dengenen, dier altoos over geleuterd hebben, dat sport bevorderlijk is voor de wereldvrede, voor den vrede in het algemeen, is al lang de mond gesnoerd. Integendeel, wanneer men de zaak objectief beschouwt, dient men te erkennen, dat juist bij sportwedstrijden, en bij voetbalwedstrijden in het bijzonder, de gemoederen dikwerf fel geladen zijn.’
En daar sloot tijdschrift Ons Zeeland zich bij aan. ‘Als men 25 á 30 jaar terug als gevolg van een politiek heibeltje een voetbalwedstrijd tusschen spelers der betrokken nationaliteiten zou hebben afgelast, zou men òf aan een canard gedacht hebben of een lachsalvo zou dit naïeve besluit hebben begroet. De tijden zijn echter veranderd en zoo zien we dan thans gebeuren, dat een vreedzame voetbalwedstrijd wordt uitgesteld uit vrees voor manifestaties, onvereenigbaar met het sportieve karakter der interland-ontmoetingen tusschen beide naburen.’
Een anonieme columnist vatte deze hele affaire heel kort en bondig samen in De Groene Amsterdammer: ‘Je kunt tegenwoordig beter tien veldslagen verliezen dan een voetbalmatch.’
Rotterdam 1938
Vlak voor de Tweede Wereldoorlog zorgde de internationale politiek opnieuw voor problemen bij het Nederlands elftal. In de nacht van 9 op 10 november 1938 werden door heel Duitsland Joodse mensen en bezittingen aangevallen tijdens de Kristallnacht, georganiseerd en geregisseerd door de Duitse regering. Een maand later zou Oranje in de Kuip een officiële wedstrijd tegen Duitsland spelen, maar hiertegen kwam veel protest. ‘De Duitse pogrom heeft de openbare mening in ons vaderland zeer sterk getroffen’, schreef De Nederlander. ‘En daarom ook schijnt ons althans overweging van de vraag of het gewenscht is dezen wedstrijd doorgang te doen vinden, noodzakelijk.’
De spanningen liepen zo hoog op dat burgemeester Oud van Rotterdam ingreep en de wedstrijd officieel verbood. Uiteindelijk is die ook nooit meer gespeeld.





1929
1929